Innoveren is spannend. Succes is namelijk niet altijd gegarandeerd. Bijvoorbeeld omdat de techniek nog niet volwassen is, of de markt zich nog moet ontwikkelen. Maar alles kan ook meteen kloppen. Vanaf het begin begeleidt Enterprise Europe Network ondernemers in de zoektocht naar succesvolle innovaties. Salvador Roig van Thatchtec en Archi Leenaers van Anatech kunnen erover meepraten. De één vond de perfecte partner om een vinding in Europa te ontwikkelen. De ander werd behoed voor onverantwoorde investeringen.
Salvador Roig van Thatchtec
Onkruid, mos en algen bestrijden gaat heel goed met natuurlijke middelen. Dat geldt ook voor verf. Thatchtec ontwikkelt deze en andere biobased producten als alternatief voor chemische fabricaten. Toen Robert Dijkstra van EEN vroeg of Salvador Roig van Thatchtec belangstelling had om de nieuwe grondontsmetter van Thatchtec met andere partners te ontwikkelen in een Horizon2020-project, hoefde Roig niet lang na te denken.
Horizon2020 is een subsidieprogramma van de Europese Commissie om Europees onderzoek en innovatie te stimuleren. Thatchtec kreeg 50.000 euro financiering vanuit het mkb-instrument (Horizon2020 SME Instrument) voor een haalbaarheidsstudie om bioplastics in combinatie met bodemverbeteraars te onderzoeken voor de Europese aardbeienteelt. Ook maakte Thatchtech voor dit project gebruik van een internationale businesscoach.
'In plaats van kunststof mulchfolies om onkruid te bestrijden en gewasopbrengsten te verhogen, kun je ook biologisch afbreekbare mulchfolies gebruiken', legt directeur Herman Feil uit. 'Dat gebeurt nu al, maar bij bijvoorbeeld de aardbeienteelt in Zuid-Europa breken de bestaande folies te langzaam af. Toevoegen van de speciaal geselecteerde en opgekweekte micro-organismen aan de bodem kan ervoor zorgen dat dit veel sneller gebeurt. Thatchtech ontwikkelde de formuleringen en het gebruik ervan, en wil deze techniek graag verder ontwikkelen voor de Europese markt.'
'Bodem resetten op vijf locaties in Italië.’
Salvador Roig, Thatchtec
Salvador Roig is EEN-klant van het eerste uur. Hij ontmoette Robert Dijkstra van EEN tijdens een beurs. 'Robert zei meteen dat er veel buitenlandse belangstelling is voor onze producten. Chemische producten voor de bestrijding van onkruid en ziektes in de bodem staan overal onder druk. Er is dus veel vraag naar goede biologische alternatieven.' Samen stelden ze in 2011 een bedrijfsprofiel op van de grondontsmetter, met snel resultaat.
EEN Griekenland nodigde Roig uit om met een aantal lokale bedrijven een presentatie te houden voor een innovatiebijeenkomst in Oezbekistan. Daarna volgde een reis naar Georgië, en een uitnodiging van een Spaans onderzoeksinstituut om te komen praten. Dat mondde uit in een samenwerking. Ook wordt op vijf locaties in Italië een bodemreset uitgevoerd naar aanleiding van de contacten die het netwerk had opgeleverd.
Het internationale netwerk is de grootste toegevoegde waarde van EEN, zegt Roig.'Het is een mooie manier om in contact te komen met nieuwe partijen in Europa. Als ondernemers weten wij niet hoe de cultuur is en wat de regels zijn. Ook hebben we minder goed zicht op geschikte partners. EEN heeft die kennis wel.'
Een succesvolle introductie op de (internationale) markt lukt niet altijd, zo is de ervaring van Archi Leenaers van Anatech. Maar dat is helemaal niet erg: 'Het probleem van veel technologische bedrijven is dat ze zich te sterk op de techniek richten. Wij betrekken de markt erbij, vanaf het begin. Het is voor ons heel belangrijk om te weten of de techniek een serieuze kans maakt, zodat je een verantwoorde investering kunt doen. Daarbij maken wij al vanaf 2008 graag gebruik van de kennis van EEN.'
Anatech ontwikkelt en produceert instrumenten waarmee je kunt meten of de eigenschappen van materialen voldoen aan de gebruikseisen. 'Denk aan de hoeveelheid en samenstelling van stoffen in aspirine of de hoeveelheid hout die je nodig hebt om een stevige stoelpoot te maken. Wij leveren onze instrumenten aan andere instrumentmakers. Zij verkopen ze aan chemische en fysische laboratoria.'
In 2005 ontdekte Anatech de mogelijkheden van MIE-scattering. Een techniek waarmee je de grootte van deeltjes in vloeistoffen kunt bepalen. Als je die miniscule deeltjes kunt meten, kun je nog nauwkeuriger bepalen of een product geschikt is voor het gebruiksdoel. 'Wij waren bezig met een laser die deze deeltjes kon meten, maar de techniek was niet 100% betrouwbaar. En we hadden ook een mechanisch probleem. We waren naarstig op zoek naar een expert die ons kon helpen.'
'De Russische professor had zijn levenswerk gemaakt van de techniek en dacht graag mee' Archi Leenaers, Anatech
Rim Stroeks van - destijds - Syntens zette een zoekopdracht uit in heel Europa met een snel resultaat. Een Russische professor had zijn levenswerk van MIE-scattering gemaakt en dacht graag mee.' Helaas was er geen pasklare oplossing voor de technische problemen. 'De technologie ligt dus op de plank, maar we sluiten niet uit dat onze onderzoekers een ingeving krijgen om het instrument verder te ontwikkelen. Dankzij de professor weten we alles van MIE-scattering en wat er aan onze opstelling schort.'
Ook de grafietoven haalde de eindstreep niet. 'Om het effect van materialen te meten moet je ze blootstellen aan verschillende temperaturen. Een grafietoven zou daarvoor heel geschikt zijn. Het basisconcept was klaar toen ik Rim vroeg of hij een fabrikant kende die ervaring had met grafietovens. Hij vond er een in Luik, bij ons om de hoek. Een supervondst, want je wil niet lang op en neer reizen naar je toeleveranciers.'
De ovenbouwer en onderzoekers van Anatech ontdekten dat de grafietoven verbrandt als er zuurstof bij komt. 'Helemaal zuurstofloos werken kunnen wij niet. Dankzij EEN kwamen wij na twee gesprekken met de ovenbouwer al tot dit inzicht.' Vergeefse moeite was het zeker niet, want het inspireerde de onderzoekers een nieuwe oven te bouwen, op basis van keramiek.
Leenaers kijkt terug op twee leerzame ervaringen. 'We kregen makkelijk, goed en snel antwoord op de vraag of het verantwoord was om door te gaan met deze innovaties. We hoefden niet in de literatuur te duiken of op bezoek te gaan bij leveranciers die hun eigen belangen hebben. Bij EEN gaat het puur om uitwisseling van kennis en ervaring. Onze techneuten keken samen met de technici van andere bedrijven of er een basis was om samen te werken. Er zit geen verkoopverhaal achter.'